[MAL] Uitgelicht

Commonwealth of Maldaria

Moderator: Matt

Plaats reactie
Gebruikersavatar
Matt
Beheerder
Berichten: 1491
Lid geworden op: ma 13 jun 2011, 15:55

[MAL] Uitgelicht

Bericht door Matt » di 04 okt 2011, 16:44

In deze draad zullen verschillende onderdelen van Maldarië worden uitgelicht. De volgende artikelen zijn reeds verschenen:

Staten Territoria
  • Maldarische Cay's (Maldarian Cays)
  • Nationale Hoofdstedelijke Regio (National Capital Region)
Steden
  • Haiton
  • Sylvan
Laatst gewijzigd door Matt op wo 20 jun 2012, 20:05, 1 keer totaal gewijzigd.
"Maar daarna kwamen er desastreuze aardbevingen en vloeden; en in één dag en nacht [...] verdween het eiland Atlantis in de dieptes van de zee."
- P
LATO (TIMAEUS/CRITICAS)

Gebruikersavatar
Matt
Beheerder
Berichten: 1491
Lid geworden op: ma 13 jun 2011, 15:55

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door Matt » za 28 sep 2013, 19:37

Laagland (Lowland/Loaglánd)

Afbeelding

Laagland (Engels: Lowland, Benjilands: Loaglánd) is een staat binnen het Gemenebest Maldarië. Laagland heeft 385,700 inwoners en een oppervlakte van 4197 km2, wat neerkomt op een bevolkingsdichtheid van ongeveer 92 inwoners per vierkante kilometer; de op één na laagste bevolkingsdichtheid van Maldarië. Het huidige Laagland is in 1821 ontstaan bij het Verdrag van Weijpoort. Laagland bestaat uit 11 lokale bestuurseenheden. De hoofdstad van Laagland is sinds 1915 Tolloysen.

Naamgeving

Voor de exploitatie van het huidige Laagland stond het gebied bekend als Pays Inconnu, ofterwijl het onbekende land. Bij de vorming van de kolonie La Tropicale was dit de officiële naam voor dit gebied. Nadat er diverse nederzettingen waren gesticht kreeg het gebied van het huidige Laagland de naam Basse Nouvelle, wat zoveel betekent als nieuw laagland. Het gebied bestaat vooral uit laagland, wat de uitleg van deze naam niet heel lastig maakt. Bij de inlijving van Basse Nouvelle bij Maldarië kreeg het de naam Lowland, wat ook laagland betekent. Later kreeg dit het Benjilandse exoniem Loaglánd.

Geschiedenis

Koloniale tijd
Lang geleden werd het gebied wat nu Laagland is bewoond door de oorspronkelijke bewoners, maar ten tijde van "ontdekking" waren de Comucua hier niet meer aanwezig. De Franse ontdekkingsreiziger Jean-Marie Le Grand kwam op het eiland Maldarië aan rond 1520. Hij claimde een deel van het gebied voor de Franse koning. Vijf jaar later werd Jean-Paul de Lumier luitenant van La Tropicale en kreeg het de opdracht deze kolonie te gaan bouwen. Het was Le Grand die op het eiland Maldarië de eerste Franse nederzetting stichtte. Deze nederzetting was aan de monding van de rivier de Dongeler en lag in de buurt van de huidige stad Dongel. Hij noemde de nederzetting Francisbourg, naar de toenmalig Franse koning. Na diverse nederzettingen werd het gebied van het hudige Brabantia samen met de rest van La Tropicale, de oude benaming van Benjiland, een provincie van Frankrijk. Laagland was toen nog niet geëxploiteerd.

Frans-Engelse Oorlog
Aan het begin van de negentiende eeuw werd ook het land wat zuidelijker, het huidige Laagland dus, ook geëxploiteerd door de Fransen. Enkele nederzettingen van die tijd waren Herbe, Lieu-le-bois, St.-Georges en Côte-Ouest. De oudste nederzetting in Laagland is waarschijnlijk Bastours, maar dat is tegenwoordig niets meer dan een spookdorpje. Bij de uitbreiding van de Franse territoria onstonden spanningen langs de zuidgrens. Gouverneur William I van Maldarië wilde graag zijn land behouden, maar de Fransen probeerden meer gebied voor zich op te eisen. De Fransen begonnen met het bouwen van een aantal forten in het huidige Laagland. De Maldariërs vroegen de Fransen deze forten weg te halen, maar de Fransen weigerden dit. Dit luidde het begin van een series conflicten tussen de Maldariërs en de Fransen in. Goeverneur William I van Maldarië bezette in 1813 Laagland en in 1815 Brabantia. De Fransen hadden in Laagland toen al enkele nederzettingen gesticht in Laagland. Dit leidde tot diverse conflicten zowel aan de grens als in Laagland en Brabantia zelf. De Fransen boekten echter weer vooruitgang door de terugwinst van het eiland Serreng. Deze winst zou echter niet lang hebben aangehouden. De militaire positie van de Fransen op het eiland was vrij slecht, in tegenstelling tot het Maldarische garnizoen. Verschillende Franse forten werden geblokkeerd. Ook werden alle wegen naar Francisbourg geblokkeerd. Dit leidde tot een voeseltekort in deze nederzetting. Bij Herbe werd ondanks de verdedigingsmuren een gevecht in open veld gehouden. De Maldariërs wonnen makkelijk, maar desondanks kwamen beide aanvoerders om in de strijd. In 1818 werd het al iets rustiger in het noorden van het eiland, maar ondanks dat was de bevolking zeer ontevreden. Het waren de Fransen die toen eens rond de tafel wilden gaan zitten. William I wilde hier echter niets van weten en wilde graag zijn gewonnen gebied behouden. Na aanvallen van de Franse kant besloot William I toch een verdrag op te stellen. Dit verdrag zou later bekend worden als het Verdrag van Weijpoort en zou een grote rol gaan spelen in de handelscontacten tussen Maldarië en Benjiland. Het Verdrag van Weijpoort werd ondertekend in 1821. Brabantia zou weer bij La Tropicale horen en Laagland werd onderdeel van Maldarië.

Afbeelding < Belegering van Francisbourg

Inlijving bij Maldarië
In Laagland werd de Engelse taal aan de bevolking opgelegd, maar pas na tien jaar werd ook het Frans gedoogd. Wel werd het Engels officiële taal in Laagland en werden alle plaatsnamen in het Engels omgezet. In 1870 werden de Nederlanders de baas in La Tropicale en noemden de kolonie Benjiland, naar de bevelhebber van de zegevierende partij. Dit zorgde voor een toename van het aantal immigranten uit Nederland en België. Naast de kolonie Benjiland vestigden zich ook een hoop immigranten uit Nederland en België zich in het oosten van Maldarië en in Laagland. De vele Nederlandstalige immigranten zorgden ervoor dat het Nederlands een grotere rol ging spelen in Benjiland. Het werd daar dan ook een officiële taal. De kolonie blijft van oorsprong Frans; men dient niet te vergeten dat Frans eerst de belangrijkste taal was in Benjiland. De hoeveelheid franstalige bewoers rond die tijd lag zo rond de 10.000. Dit werd later echter overtroffen door de hoeveelheid nederlandstalige immigranten. De taal die men daar sprak begon zich meer te mengen met het Frans. Door mensen van verschillende komaf en een verschillende taalachtergrond is uiteindelijk het Benjilands ontstaan. In de eenentwintigste eeuw werden door Benjilanders diverse nederzettingen gesticht, waaronder de hoofdstad Tolloysen in 1905. Aan het begin van de 20e eeuw verhuisden diverse mensen uit Benjiland naar Laagland, dit waren vooral strenggelovigen die in Benjiland niet voldoende vrijheid konden krijgen. Hoewel openbare geloofsuitingen in Benjiland nog altijd gevoelig liggen, zijn sinds de onafhankelijkheid in 1946 openbare geloofsuitingen meer en meer een gewonere zaak geworden. Anderszijds waren er ook kleine groepen die van Laagland naar Benjiland verhuisden omdat daar het Benjilands een officiële taal is.

Moderne en postmoderne tijd
Benjilands werd veel gesproken onder de bevolking van Laagland, maar de officiële taal van Laagland was nog steeds het Engels. Bij de onafhankelijkheid van Benjiland in 1946 wilden de inwoners van Laagland ook graag het Benjilands als erkende taal zien in Maldarië. De taalkwestie heeft altijd erg gevoelig gelegen in Laagland. Vanaf de jaren '50 werd het Benjilands een de facto taal in Laagland, maar pas in 1968 zou het Benjilands een officiële taal worden in Laagland. Dit betekent dat conversaties met overheden en instanties in het Benjilands konden worden gedaan. Sinds 1998 is men zelfs bezig het Benjilands op verkeersborden en bewegwijzering te krijgen. Momenteel is bijna alle bewegwijzering in Laagland zowel in het Benjilands als in het Engels, evenals de komborden. In 1951 werd het Verdrag van Weijpoort gewijzigd. Zowel Maldarië als Benjiland waren zelfstandig en zagen wel wat in betere (handels-)relaties. Rond die tijd waren er niet veel infrastructurele verbindingen en handel tussen beide landen was er niet veel. In de loop der tijd zouden diverse infrastructurele verbindingen worden aangelegd tussen Maldarië en Benjiland. Ook zouden grenscontroles worden versoepeld. Sinds de jaren '70 gaat het heel goed met de realties tussen Maldarië en Benjiland.

Geografie en klimaat

Laagland is over het algemeen, zoals de naam als doen vermoeden, laag en vlak. De Northern Range in het zuiden en de heuveltjes in het westen zijn hier een uitzondering op. Van nature bestaat het landschap uit overwegend grasland. Bij een toenemend reliëf is een toenemende bebossing ook merkbaar. De bossen concentreren zich vooral aan de kust en in het zuiden. Het landschap is sinds de kolonisatie weinig veranderd. Laagland bestaat nog steeds voor een groot gedeelte uit grasland. Veeteelt is de belangrijkste vorm van landbouw in dit gebied. Laagland heeft meer schapen dan inwoners; tegenover ongeveer 390,000 inwoners staan ruim één miljoen schapen. Qua klimaat zijn er geen duidelijke verschillen met de hoofdstad Agers op te merken.

Bestuur

Het parlement van Laagland is gevormd in 1883. Het bestond toen uit een tweekamersysteem en was, net als de andere deelstaten en het federale parlement, gebaseerd op het Westminster Systeem. In het begin werden vergaderingen gehouden in een oude kazerne, maar al gauw is gebleken dat er een nieuw en moderner gebouw nodig was. Het nieuwe gebouw werd gebouwd in de nieuwe stad Tolloysen en kwam in 1920 gereed. Bij de betreding van het nieuwe gebouw is het Hogerhuis afgeschaft. Tot op heden bestaat het parlement van Laagland uit een éénkamersysteem en is daarmee tevens de enige federale staat zonder Hogerhuis.

Economie

Voor de economie van Laagland is export van landbouwproducten de grootste bron van inkomsten, voornamelijk zuivel, vlees en wol. Niet verwonderlijk is dat er in deze deelstaat dan ook meer dan een miljoen schapen rondlopen. In zowel Nijenstede als Weijpoort staat een textielfabriek. In grotere steden als Tolloysen en Nijenstede zijn wel wat diensten te vinden, maar de dienstensector speelt maar een kleine rol in Laagland. Ook is er niet veel toerisme, met uitzondering van de westelijke kustgebieden. Het is ook opvallend dat de beroepsbevolking groter is dan het banenaanbod. Dit heeft niet direct geleid tot een hogere werkloosheid. Nu ligt het werkloosheidspercentage in Laagland iets hoger dan gemiddeld in Maldarië, toch is er van een werkloosheidsprobleem niet te spreken. Veel bewoners reizen namelijk naar bijvoorbeeld Sylvan voor werk.

Demografie

Laagland heeft een inwoneraantal van 385,700. Uit een recente bevolkingstelling is gebleken dat 63% zichzelf een Maldariër voelt. 26% voelt zich Benjilander en de rest heeft wat anders ingevuld. Van een afscheidingsbeweging is geen sprake. Het Benjilands heeft in Laagland wel een aparte positie gekregen. Het is namelijk de enige deelstaat met een officiële taal. Benjilands is met 75% veruit de meest gesproken taal in Laagland. Engels volgt op de tweede plaats met 11% van de inwoners.
Op Verde na heeft Laagland het minste percentage van de bevolking dat aangeeft geen religie te hebben. De grootste religie in Laagland is veruit het christendom, met een aandeel van 71%. Het katholicisme is veruit de grootste groepering, met 76% van de christenen. Gek genoeg neemt het aantal katholieken de afgelopen jaren weer toe, terwijl er in algemene zin sprake is van ontkerkeling. Er zijn diverse protestantse groeperingen aanwezig in Laagland, maar de relatieve hoeveelheid is gering.
Inwoners uit Laagland zijn voor het grootste gedeelte van Europese oorsprong, met Nederlanders (37%), Belgen (30%), Fransen (12%) en Ieren (8%) als grootste groepering. Buiten Europese komaf zijn er ook groeperingen van Indiasen en Ghanezen. De Comucua maken maar een zeer klein deel van de bevolking uit.

Infrastructuur

Een groot deel van openbaar vervoer in Laagland wordt verzorgd door All Down, wat een anagram is van Lowland. De meeste buslijnen worden door All Down gedaan, terwijl spoorverbindingen door de Maldarische spoorwegmaatschappij Mallee Rail worden verzorgd. Door Laagland lopen twee spoorlijnen, de spoorlijn Sylvan-Weijpoort en de spoorlijn Keithsburg-Weijpoort. Verder heeft Laagland de enige directe spoorverbinding met Benjiland. Van Weijpoort kan direct worden gereisd naar Dongel via Koegras. Spoorwegen in Laagland kwamen maar laat op gang. De spoorverbinding vanaf Sylvan bestond al langer, maar was eerst in beheer van het bedrijf Alan Gold. Later zou deze worden overgenomen door Mallee Rail. Laagland heeft een van de betere netwerken van buslijnen in Maldarië. Tussen grotere steden bestaan zelfs snelbuslijnen met beperkte stops.

Hoofdwegen in Laagland zijn over het algemeen goed uitgebouwd, maar lokale wegen laten vaak nog te wensen over. Smalle bruggetjes waar maar één auto tegelijk over kan en hobbelige wegen zijn geen uitzondering. Twee belangrijke snelwegen lopen door Laagland, te weten de A1 en de A5. De A1 loopt vanaf de grens bij Sylvan via Tolloysen en Zwaag naar 't Velt, waar het de Benjistraat door middel van een tunnel kruist en overgaat in de Benjilandse A9. De A5 loopt van de grens met Alexandria bij Keithsburg via Nijenstede naar Weijpoort. Momenteel wordt de weg doorgetrokken als 2+1 weg naar Koegras, welke in 2015 gereed zou moeten zijn. Bijna overal in Laagland is de bewegwijzering tweetalig, waarbij de Engelse naam in het geel staat en de Benjilandse naam in het wit staat weergegeven. Congestie is er niet veel in Laagland, met uitzondeirng van de ringweg van Tolloysen en de B5 om Weijpoort heen.
"Maar daarna kwamen er desastreuze aardbevingen en vloeden; en in één dag en nacht [...] verdween het eiland Atlantis in de dieptes van de zee."
- P
LATO (TIMAEUS/CRITICAS)

Gebruikersavatar
Matt
Beheerder
Berichten: 1491
Lid geworden op: ma 13 jun 2011, 15:55

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door Matt » di 19 mei 2015, 22:48

West-Maldarië (West Maldaria)

Afbeelding

West Maldarië (Engels: West Maldaria) is een staat binnen het Gemenebest Maldarië. West-Maldarië heeft 398,200 inwoners en een oppervlakte van 7700 km2, wat neerkomt op een bevolkingsdichtheid van ongeveer 51.7 inwoners per vierkante kilometer. Hiermee is West-Maldarië de staat met de laagste bevolkingsdichtheid van Maldarië. Het huidige Laagland is pas in 1939 ontstaan, wanneer het officieel als staat binnen het Gemenebest werd erkend. West-Maldarië bestaat uit 18 lokale bestuurseenheden. De hoofdstad van West-Maldarië is sinds 1843 Weston.

Naamgeving

West-Maldarië is één van de vier eerste kolonies, die aanvankelijk vernoemd waren naar de vier windstreken. De staat heeft vrijwel altijd haar naam behouden. De naam Western Maldaria is in 1939 versimpeld naar West Maldaria.

Geschiedenis

Koloniale tijd
West-Maldarië is altijd al bewoond geweest door de Comucua. De groeperingen waren vooral aan de zuid- en de noordkust. Er was dan ook veel weerstand toen de eerste kolonisten kwamen. In de 17e eeuw waren verschillende Europese schepen op de kust geland, maar pas in 1705 begon de eerste exploitatie van het eiland. In 1732 werd het gebied voor het eerst geclaimd door Europeanen. Dit gebeurde door de Engelse ontdekkingsreiziger John O'Neill. De eerste nederzetting in het huidige West-Maldarië die werd gesticht, was Freeport, gelegen in een baai aan de noordkust. Dit gebeurde pas in 1746. Diverse verdedigingswerken in Freeport zijn nog goed bewaard gebleven. Enkele jaren later werd ook Dayton gesticht, wat ook in het noorden ligt.

Britse Koninkrijk
Na diverse nederzettingen van Britse kolonisten werd Maldarië in 1754 onderdeel van het Britse rijk. Dit betekende dat er veel migranten naar Maldarië zouden komen. In haar beginjaren als kolonie, groeide de bevolking in West-Maldarië slechts amper. Inheemse ziektes zorgde voor geringe bevolkingsgroei en ook voor weinig vraag naar vestiging. In 1826 werd aan de westkust een militaire basis gesticht. Drie jaar later, in 1829, was de stichting van het nabijgelegen dorp, wat later zou uitgroeien tot de hoofdstad Weston. De eerste binnenlandse nederzetting was Blamshire in 1833. Een groot deel van West-Maldarië is door natte omstandigheden niet geschikt voor landbouw. De inwoners hielden zich dan ook voornamelijk bezig met schapenteelt.

Verdere exploitatie van het land leidde tot conflicten met de Comucua, iets wat tot dan toe nog niet gebeurd was. De bevolking gebruikte pijl en boog om de bleke indringers uit hun gebied te houden. De Engelse kolonisten waren echter te sterk voor de inheemse bevolking, waardoor duizenden stierven. Nog veel meer stierven doordat de Engelsen ook ziektes uit Europa meebrachten. Het importeren van honden en andere dieren heeft tevens gezorgd voor het uitsterven van diverse diersoorten. In 1843 stelde de gouverneur van West-Maldarië vijf officials aan, die hem zouden helpen bij de organisatie van de kolonie. Dit kan worden gezien als het begin van de Legislative Council, hoewel de vertegenwoordigers niet worden gekozen, maar aangesteld. In datzelfde jaar werd Weston de hoofdstad van de kolonie.

Maldarië als dominion
In 1890 werd Maldarië meer zelfstandig, toen het een dominion binnen het Britse Koninkrijk werd. In 1895 had West-Maldarië dan ook het recht om een regering te hebben. De gouverneur had op dit punt echter nog wel veto. Niet lang na de zelfstandigheid begon de aanleg van de eerste spoorlijn, tussen Weston en Haiton, waarvan de bouw duurde van 1891 tot 1897. Aan het einde van de 19e eeuw waren er in West-Maldarië voornamelijk agrarische bedrijven. Er werden frequente veerverbindingen met de Maldaria Cays opgezet. De bevolking leefde voornamelijk van (schapen-)vlees en -wol. In 1895 werd goud in het noordwesten van Maldarië ontdekt. DIt had als gevolg dat veel arbeiders zich in het territorium gingen vestigen. Hierdoor ging de hoofdstad Weston sneller groeien. De goudvoorraad bleek echter al snel op, dus de goudkoorts was ook al snel voorbij.

West-Maldarië als staat
Het duurde nog tot aan 1921 dat West-Maldarië bevoegd was om een eigen regering te vormen. Het territorium kreeg zelfstandigheid binnen Maldarië, maar er was nog wel altijd controle vanuit het federaal parlement. Tien jaar later werd West-Maldarië ook daadwerkelijk als staat erkend en mocht het worden vertegenwoordigd in het federale parlement. In de jaren '30 daalde de prijzen van wol en graan aanzienlijk, waardoor de economie van West-Maldarië instortte, omdat het volledig afhankelijk was van deze producten. Hierna stegen de prijzen wel weer. In 1952 werd het Hogerhuis aangesteld en had West-Maldarië dus een tweekamerstelsel. In 1957 kregen de Comucua ook stemrechten, iets dat daarvoor altijd was voorbehouden aan de blanke bevolking. In 1968 opende de eerste universiteit in Weston. In de jaren '80 zijn nieuwe pogingen gedaan om meer stukken van de Western Plains in cultuur te brengen mislukt. In 1994 werden de Western Plains een erkend Nationaal Park.

Geografie en klimaat

West-Maldarië is over het algemeen zeer open. In het midden van de staat liggen de Western Plains. Dit zijn hoger gelegen oude basaltschilden, waardoor water moeilijk kan infiltreren. Hierdoor is het hele midden van de staat zeer nat. Dit gebied wordt dan ook gedomineerd door heuvelige graslanden en extensieve veeteelt. Daar waar het basalt dieper ligt, is ook bebossing mogelijk. Dit is het geval in het uiterste zuiden van de staat, langs de rivieren, en in het noordwesten. Het oosten van de staat wordt gekenmerkd door akkerbouw in een heuvelachtig landschap. Er is hier ook vandaag nog veel sprake van uitgestrekte graanvelden. Qua klimaat zijn er geen duidelijke verschillen met de hoofdstad Agers op te merken. In de hoger gelegen gebieden valt echter wel meer neerslag.

Bestuur

In 1843 stelde de gouverneur van West-Maldarië vijf officials aan die hem zouden helpen bij het besturen van de kolonie. Dit kan worden gezien als het begin van de Legislative Council. In 1895 had het territorium officieel een parlement en in 1952 werd ook het Hogerhuis aangesteld. Het Parlement wordt elke vier jaar gekozen door de inwoners. Het Hogerhuis wordt steeds twee jaar na de verkiezingen samengesteld uit leden van het Parlement. In West-Maldarië zijn alle burgers van 18 jaar en ouder stemgerechtigd.

Economie

Voor de economie van West-Maldarië is export van landbouwproducten de grootste bron van inkomsten, voornamelijk graan, vlees en wol. In Pholoe staat de grootste textielfabriek van Maldarië. Weston is de ene stad waar een significante hoeveelheid diensten te vinden zijn. Toerisme speelt een grote factor is West-Maldarië. De kustgebieden zijn de populairste gebieden, voornamelijk de noordkust is in trek bij de Maldariërs. De steden Pholoe en Chairburg dienen voornamelijk als forenzenstad voor Haiton. De beroepsbevolking ligt dan ook hoger dan het marktaanbod.

Demografie

West-Maldarië heeft een inwoneraantal van 398,200. Uit een recente bevolkingstelling is gebleken dat 95% zich Maldariër voelt. De overige 5% heeft wat anders ingevuld. Met 98% is het Engels veruit de meest gesproken taal in West-Maldarië. De grootste religie in West-Maldarië is het christendom, met het anglicisme als grootste groepering. Inwoners uit West-Maldarië zijn veelal van Europese oorsprong met Engelsen (53%), Ieren (22%) en Fransen (9%) als grootste groeperingen. Buiten Europese komaf zijn er ook groeperingen van Indiasen en Arabieren. Tevens heeft West-Maldarië een relatief grote hoeveelheid van Comucuaanse komaf.

Infrastructuur

Een groot deel van het openbaar vervoer in West-Maldarië wordt verzorgd door de internationale transportmaatschappij Veolia en door de Maldarische maatschappij MyBus. Door de staat lopen vier spoorlijnen, welke allen worden gereden door Mallee Rail. Het personenvervoer over spoor is uitstekend, terwijl het busvervoer nog veel te wensen overlaat. Buslijnen zijn veelal alleen aanwezig tussen grotere plaatsen. Weston en Chairburg hebben wel enkele buslijnen in de stad zelf.

Het wegennetwerk wordt beheerd door de nationale wegbeheerder. Hoofdwegen zijn in principe goed uitgebouwd, maar vaak gaan deze nog gewoon door de bebouwde kom. Het komt soms ook wel omdat er geen mogelijkheden zijn voor het aanleggen van een rondweg. Het snelwegennetwerk is erg versnipperd. De belangrijkste verkeersader is de A3, welke Sylvan met Haiton verbindt. Ook de A1, A2 en de A6 lopen door West-Maldarië. Voor de A1 waren ooit plannen om deze door te trekken naar Weston, maar dit is door verschillende factoren er nooit van gekomen. Van deze plannen zijn slechts een kort stukje snelweg in Tormaiden en een klaverbladafrit in Weston een overblijfsel. De rest van de A1 is vanaf Phalara uitgevoerd als normale B-weg. Ditzelfde geldt voor de A6, die voor een groot deel is uitgevoerd als B-weg of als expressweg.
"Maar daarna kwamen er desastreuze aardbevingen en vloeden; en in één dag en nacht [...] verdween het eiland Atlantis in de dieptes van de zee."
- P
LATO (TIMAEUS/CRITICAS)

Gebruikersavatar
SjorsB
Geoficticus
Berichten: 2441
Lid geworden op: za 11 aug 2012, 14:05
Locatie: Nijmegen [NL] / Cadhemis [UN] / Miletta [IC] / Kongə [PI]
Landen: UNE, IRC
Contacteer:

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door SjorsB » wo 20 mei 2015, 08:01

Wow, wat een mooie uitgebreide artikelen! :d

Gebruikersavatar
Kaaiman
Geoficticus
Berichten: 2062
Lid geworden op: wo 02 feb 2011, 15:37
Locatie: Hoogeveen
Contacteer:

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door Kaaiman » wo 20 mei 2015, 13:11

Dat artikel kan rechtstreeks naar Geopoeia. ;)

Hoe lang heb je er eigenlijk over gedaan om te bedenken en op te schrijven?
Atlantidië op Atlantis, Geopoeia en op de kaart.

Gebruikersavatar
Matt
Beheerder
Berichten: 1491
Lid geworden op: ma 13 jun 2011, 15:55

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door Matt » wo 20 mei 2015, 18:02

Het staat dan ook al op Geopoeia. ;)

Op zich denk ik dat ik er niet eens heel lang over heb gedaan. Ik heb namelijk een week geleden in de trein aantekeningen gemaakt en dat zondag-, maandag- en dinsdagavond uitgewerkt. De geschiedenis is het grootste werk omdat ik ook rekening heb te houden met al bestaande geschiedenissen. Economie en infrastuctuur was slechts opschrijven van wat al in mijn hoofd zat. In het totaal denk ik dat ik er zo'n 4-5 uur over heb gedaan.
"Maar daarna kwamen er desastreuze aardbevingen en vloeden; en in één dag en nacht [...] verdween het eiland Atlantis in de dieptes van de zee."
- P
LATO (TIMAEUS/CRITICAS)

Gebruikersavatar
Matt
Beheerder
Berichten: 1491
Lid geworden op: ma 13 jun 2011, 15:55

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door Matt » di 08 aug 2017, 16:40

Alexandrië (Alexandria)

[kaartje]

Alexandrië (Engels: Alexandria) is een staat binnen het Gemenebest Maldarië. Met 1.431.800 inwoners is het de staat met de meeste inwoners van Maldarië. Alexandrië heeft een oppervlakte van 5.729 km2 en een bevolkingsdichtheid van 250 inwoners per vierkante kilometer. Het huidige Alexandrië is in 1939 ontstaan, wanneer het officieel als staat binnen het Gemenebest werd herkend. Alexandrië bestaat uit 13 lokale bestuurseenheden. De hoofdstad en tevens de grootste stad is Sylvan.

Naamgeving

Alexandrië is één van de vier eerste kolonies, die aanvankelijk vernoemd waren naar de vier windstreken. Tot 1915 stond het land bekend als Northern Maldaria (Noordelijk Maldarië), waarna het Parlement besloot de naam te veranderen naar Alexandrië. De staat is vernoemd naar het eerste fort dat is de regio werd gesticht, Fort Alexandria.

Geschiedenis

Koloniale tijd
Een groot deel van het huidige Alexandrië werd ten tijde van kolonisatie al lang door de Comucua bewoond. De bevolking had enkele nederzettingen, die zich concentreerden rond het gebied dat nu beter bekend is onder de naam The Velt. Slechts enkele nederzettingen uit die tijd zijn nog goed bewaard gebleven. Tijdens de kolonisatie van het eiland is een groot deel van de bevolking door uitheemse ziektes uitgeroeid, wat de instandhouding van deze nederzettingen niet ten goede kwam.
Europeanen hadden Maldarië al in de 16e eeuw ontdekt. Pas in 1705 werd door de Britten begonnen met de eerste exploitatie van het gebied dat nu bekend staat onder de naam Maldarië. Expedities startten veelal aan de monding van de Edward rivier, omdat hier de kust zich beter leende om te landen. Het was dan ook op deze plek dat de eerste nederzetting werd gesticht. Het begon met een militair steunpunt, genaamd Fort Alexandria, welke lag aan de rand van de Baird Bay. Dit fort is nu nog steeds te bezichtigen. Vlakbij, aan de monding van de Edward rivier, werd in 1712 Silvan Urbem gesticht. De nederzetting werd vernoemd naar de grote hoeveelheid bos die men hier aantrof. Het is niet duidelijk of er in die tijd ook al een Engelse naam bekend was. Nu staat deze plaats beter bekend als Sylvan, de grootste stad van Maldarië.

Afbeelding
^^ Fort Alexandria

Britse Koninkrijk
In 1754 werden de koloniën onderdeel van het Britse Rijk. Hierdoor zouden er steeds meer Europese migranten naar het eiland komen. Het zou echter nog decennia duren voordat de inheemse bevolking na de uitheemse ziektes weer terug op haar oude aantallen was. De Europeanen waren, ook in aantallen, in het voordeel. Toch gaven de Comucua zich niet zomaar gewonnen, want ze moesten maar niets hebben van deze indringers. Dit leidde tot diverse conflicten, waarvan de bekendste het Gevecht bij Oyede was. In 1789 werd door Europese en Comucuaanse regeringshoofden een vrede gesloten, maar de spanningen bleven hoog. Toen de Europeanen meer land gingen exploiteren, ontstonden er in 1834 opnieuw conflicten. Dit leidde tot het Verdrag van Facheniche in 1837, waarin afspraken waren gemaakt over de verdeling van het land. De Comucua zouden ook gebieden hebben waarover de blanke bevolking niets te zeggen heeft.
Aan het begin van de 19e eeuw werden de eerste binnenlandse nederzettingen gesticht. Voorbeelden hiervan zijn Preston (1802), Woodside (1807), Warrick (1817), Arrive (1818), en Danvers (1820). Rond 1870 werd ontdekt dat er ijzererts en verschillende mineralen in de bergen in het binnenland te vinden zijn. In 1875 begon het delven van deze grondstoffen. Dit zorgde voor een groei van nederzettingen als Carlock en Danvers. De stad Sylvan profiteerde van haar gunstige ligging en van haar positie als belangrijkste haven van Maldarië. Rond 1900 was Sylvan de grootste stad van Maldarië. Tot de stichting van de stad Agers in 1921 was Sylvan de hoofdstad van Maldarië. Ondanks dat het zijn functie als hoofdstad heeft verloren, is Sylvan vandaag de dag nog de grootste en belangrijkste stad van het land.

Nieuwe Tijd
De recessie in de jaren '30 van de 20e eeuw leken aan Alexandrië voorbij te gaan. In tegenstelling tot de andere staten was Alexandrië niet grotendeels afhankelijk van de landbouw. Er waren echter wel grote verschillen op te merken. Rond Sylvan leek de schade mee te vallen, maar in het oosten van de staat nam de werkloosheid snel toe. De recessie zorgde echter wel voor het annuleren van enkele (wegen)bouwprojecten in de agglomeratie Sylvan. Ook zorgde de recessie voor een afname in de mijnbouw. De laatste mijn werd in 1966 gesloten.
De jaren '60 en '70 kende een grote bevolkingsgroei. In de meeste steden was dit geen probleem, maar in Sylvan begon ruimtegebrek te ontstaan. In deze periode ontstonden voorsteden met goede infrastructurele verbindingen. Hampton werd aangewezen als groeistad, en voorsteden als Powers, Heyworth, Irvine, en Arcenton groeiden gestaag.

Geografie

Het landschap van Alexandrië is vrij divers. De westgrens en de oostgrens worden gemarkeerd door rivieren, welke ontspringen in de zuidelijker gelegen Pes Mountains. Deze bergketen heeft enkele uitlopers in het westen van de staat, die doorlopen tot aan de Northern Range. De Northern Range is het scheidingsgebergte met Laagland. De hoger gelegen heuvels tussen de Northern Range en de Pes Mountains staan bekend onder de naam The Velt. Het oosten van de staat is licht glooiend. In het uiterste westen van de staat ligt de Edward Plains, de laagvlakte waar doorheen de Edward rivier stroomt. De Edward rivier is de langste rivier van Maldarië en stroomt van de Pes Mountains door Agers en West-Maldarië naar Sylvan, waar het in de Baird Bay uitmondt. De Baird Bay is omgeven door hoge heuvels in het noorden en zuiden, en door de vlakte, waar de stad Sylvan op gebouwd is, in het oosten.

Tot Alexandrië behoort ook het eiland Mako. Dit is het enige nog actief vulkanisch eiland van Maldarië. Dit eiland bestaat uit twee aan elkaar gegroeide vulkanen, waarvan alleen Blacktop Mountain (Cukuka Rikabe) nog een actieve vulkaan is. De dode vulkaan Mount Eagle (Apohola Rikabe) met zijn basaltgrotten is vrij te bezichtigen.

Bestuur

Zoals de meeste staten van Maldarië heeft Alexandrië een tweekamersysteem. Het Lagerhuis werd al in 1895 aangesteld, terwijl het Hogerhuis pas sinds 1969 bestaat. Elke 4 jaar worden de leden van het Parlement door de bevolking van Alexandrië gekozen. Twee jaar na de verkiezingen worden uit het Lagerhuis de leden van het Hogerhuis gekozen. Het Parlement van Alexandrië kent een evenredige vertegenwoordiging, iets wat niet gebruikelijk is in Maldarië. Hierdoor kan het vormen van een staatskabinet langer duren dan in andere staten. In Alexandrië is iedereen ouder dan 18 jaar stemgerechtigd.

Economie

Afbeelding
^^ Het centrum van Sylvan, gezien vanaf Edward Quay.

De economie van Alexandrië draait vooral om diensten. De dienstverleningsector concentreert zich vooral in de grootste stad Sylvan. Sylvan is dan ook het economische hart van de staat. In de rest van de staat spelen diensten veel minder een rol, en is landbouw nog altijd een belangrijke bron van inkomsten. Er vindt vooraal veel graanteelt plaats in Alexandrië. In het verleden heeft mijnbouw een grote rol gespeeld, maar alle mijnen zijn nu gesloten. Dit heeft geleid tot een grotere mate van werkloosheid in steden als Carlock en Danvers. De plaatsen Heyworth, Powers, Hampton, Danvers, en Arcenton dienen als voorsteden van Sylvan. De rest van de staat wordt door inwoners van "de grote stad" vaak "de Periferie" genoemd.

Demografie

Met 1.431.800 inwoners is het de staat met de meeste inwoners van Maldarië. Hiervan woont ruim 2/3 in de agglomeratie rond Sylvan. Alexandrië heeft de grootste verscheidenheid aan nationaliteiten, nog meer dan de hoofdstad Agers. Hier vind je naast Europeanen dan ook mensen uit India, Afrika, China, en het Midden-Oosten. Het Engels is veruit de meest gesproken taal, en het christendom is de grootste religie. Er wonen ongeveer 8,000 mensen van Comucuaanse afkomst, maar relatief is dit slechts een kleine groepering.

Infrastructuur

De staat Alexandrië wordt bediend door een groot aantaal vervoersmaatschappijen. De nationale spoorwegmaatschappij Mallee Rail rijdt op 6 spoorlijnen doorheen de hele staat. De meeste treinen komen samen op het centraal station in Sylvan, Sylvan City. Hier vertrekken ook treinen van andere maatschappijen, waaronder de TransInsular Express. Dit is een dochteronderneming van Benjirail, die treindiensten tussen Sylvan en Eendhoeven uitvoert. SCTA is de vervoerder van de voorstadspoorlijnen rond Sylvan. Tevens voert SCTA ook bus- en metrolijnen in de regio uit, en ook veerdiensten in de Baird Bay en naar Mako. In het uiterste oosten van de staat voert de internationale maatschappij Arriva een treindienst naar Burlington uit.

Alexandrië wordt doorkruist door 5 nationale snelwegen en meerdere regionale snelwegen. De snelweg A4 had ooit moeten worden doorgetrokken naar de A4, maar deze houdt nu aan de A8 op. Hierdoor heeft het op sommige punten een onregelmatig wegennetwerk. Over het algemeen zijn de wegen in Alexandrië van goede kwaliteit. Dit geldt ook en vooral voor de stedelijke gebieden in en rond Sylvan. De diverse stadssnelwegen van Sylvan zijn van goede kwaliteit, maar deze wegen zijn erg filegevoelig.
"Maar daarna kwamen er desastreuze aardbevingen en vloeden; en in één dag en nacht [...] verdween het eiland Atlantis in de dieptes van de zee."
- P
LATO (TIMAEUS/CRITICAS)

Gebruikersavatar
Kathor
Geoficticus
Berichten: 2071
Lid geworden op: za 05 mei 2012, 14:52

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door Kathor » di 08 aug 2017, 18:52

Leuk artikel Matthijs, de uitgelichte artikelen verspreiden zich als een lopend vuurtje de laatste tijd :lol:
Aena te onða teya flu|leya Aena te onða teya flulleya

Gebruikersavatar
Matt
Beheerder
Berichten: 1491
Lid geworden op: ma 13 jun 2011, 15:55

Re: [MAL] Uitgelicht

Bericht door Matt » do 21 sep 2017, 22:08

Verde

[kaartje]

Verde is een staat binnen het Gemenebest Maldarië. Verde heeft 949,200 inwoners en een oppervlakte van 7731 km2, wat neerkomt op een bevolkingsdichtheid van ongeveer 123 inwoners per vierkante kilometer. Verde is de grootste staat van Maldarië. Het huidige Verde is pas in 1939 ontstaan, wanneer het officieel als staat binnen het Gemenebest werd erkend. Verde bestaat uit 18 lokale bestuurseenheden. De hoofdstad van Verde is sinds 1868 Maples.

Naamgeving

Verde is één van de vier eerste kolonies, die aanvankelijk vernoemd waren naar de vier windstreken. Tot 1915 stond het land bekend als Eastern Maldaria (Oostelijk Maldarië), waarna het Parlement besloot de naam te veranderen naar Verde. Hoewel de documentatie over de naamswijziging relatief recent is, is het onduidelijk waar de naam precies vandaan komt. Sommigen zeggen dat de naam verwijst naar groen, omdat het een groene staat was. Anderen zeggen dat het een verbastering van het woord velt, wat vlakte/weiland betekent, is.

Geschiedenis

Koloniale tijd
Verde heeft het meest vruchtbare land, en is de grootste staat binnen het Gemenebest. Ten tijde van het arriveren van de Europese zeevaarders woonden in dit deel van het eiland de grootste groeperingen Comucua. De komst van de "bleke mannen" ging dan ook niet zonder slag of stoten, en leidde tot diverse conflicten. In de begintijd ging dit nog goed omdat de kolonisten gescheiden van de Comucua konden leven. De eerste Europese nederzetting was Foreland, aan een baai aan de zuidkust van het eiland. Maples werd in 1789 gesticht, maar pas 80 jaar later zou het de hoofdstad van de kolonie worden.

Britse Koninkrijk
In 1754 werd Maldarië onderdeel van het Britse Rijk, nadat diverse nederzettingen waren gesticht. Dit leidde tot de komst van immigranten naar het eiland, hoewel de bevolking lange tijd weinig groeide. Verspreid door de staat werden diverse nederzettingen gesticht. Dit leidde tot conflicten met de inheemse bevolking. Er volgden diverse gevechten, die een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Maldarië vormden. In 1837 werd het verdrag van Facheniche getekend. Hierdoor zouden de Comucua eigen stukken land krijgen, en zijn andere stukken door de Britten opgekocht.

In 1839 werd Cornell Leigh door de gouverneur van Oostelijk Maldarië aangesteld om een plan te maken voor de exploitatie van het land. Rekening houdend met bestaande stukken land van de inheemse bevolking werd het land zo in voornamelijk rechte stukken verdeeld. Een groot deel van het plan werd uitgevoerd, wat leide tot de stichting van een groot aantal nederzettingen halverwege de 19e eeuw. Het masterplan is nu nog steeds op de kaart te herkennen, al zijn in de loop der jaren delen van de land herverdeeld. De exploitatie van het land hield ook in dat grote stukken bos moesten worden gekapt, en uitgestrekte weilanden zouden verdwijnen. De weinige stukken van het oorspronkelijke landschap zijn vooral aan de kust te vinden.

Afbeelding

Maldarië als dominion
De ontdekking van ijzererts in de Pes Mountains in 1870 leidde tot grootschalige mijnbouw vanaf de jaren 1870. Vanwege de gunstige ligging aan de rivier en dichtbij de kust, verrezen in Burlington vele fabrieken. Vanaf 1880 zorgde dit ervoor dat deze toen onbelangrijke stad een flinke groei doormaakte. Er kwamen spoorlijnen naar de bergen, en arbeiderswoonwijken werden uit de grond gestampt. Dit zorgde voor een grote groei in de welvaart. Het hout van de gekapte bossen werd in Maples verwerkt, terwijl de rest van de staat vooral van de landbouw, en dan met name de aardappelteelt, moest rondkomen.

Nieuwe Tijd
In 1931 werd Verde als staat binnen het Gemenebest erkend, hoewel al 10 jaar eerder Maldarië zelfstandig was geworden. De erkenning betekende dat de staat meer bevoegdheden zou krijgen en dat het parlement minder verantwoording aan het Gemenebest hoefde af te leggen. Echter kwam Verde in haar beginjaren in een recessie terecht. Dit zorgde voor een tijdelijke afname van de activiteit in de mijnbouw, en voor een stijging van de werkloosheid. Toen de recessie aan het einde van de jaren '30 voorbij was, trok de mijnbouw weer aan. Echter begonnen de voorraden steeds meer op te raken, waardoor de activiteit in de bergen en in Burlington afnam. In de jaren '50 werden meer en meer mijnen gesloten, en in de jaren '60 zorgde dit ook voor het faillissement van vele bedrijven in Burlington. Hierdoor kwamen veel gebouwen leeg te staan, en nam ook de werkloosheid flink toe. Dit leidde tevens tot een forse toename in de criminaliteit, wat in de jaren '80 echt een groot probleem werd. Vanaf de eeuwwisseling werden diverse gebieden gereorganiseerd, wat ervoor zorgde dat het veiliger werd in Burlington.

Door de val van Burlington, kwam Newport op als nieuwe haven in Verde. Door haar strategische ligging direct aan zee werd het een belangrijke haven voor het hele land, en ook nu nog is het één van de belangrijkste havens van Maldarië. De hoofdstad Maples heeft in de 20e eeuw veel houtbewerkingsbedrijven zien verdwijnen, maar mede vanwege haar functie als hoofdstad kwamen er veel diensten naar Maples. Maples heeft nu de hoogste inkomens van de hele staat.

Geografie

Afbeelding
^^ Akkers bij New Ruislip, met de Pes Mountains in de achtergrond.

In het westen van Verde zijn uitlopers van de Pes Mountains. Diverse rivieren uit deze bergketen stromen door deze staat. De rest van het landschap is licht glooiend. Het oorspronlijke landschap bestond uit uitgestrekte grasvelden en bossen op hoger gelegen gebieden. Een deel van het bos is inmiddels verdwenen, maar verspreid door de staat zijn nog bossen te vinden. Het grootste gedeelte van de graslanden heeft plaatsgemaakt voor akkers. Een groot deel van Verde wordt gekenmerkt door een glooiend landschap met akkerbouw.

Burlington is de grootste stad van Verde. Pas rond 1900 begon deze stad te groeien, voornamelijk door de komst van vele industriën in de stad. Andere belangrijke steden zijn Maples, de hoofdstad, en Newport, een belangrijke havenstad.

Bestuur

Verde heeft een tweekamersysteem, zoals de meeste staten van Maldarië. In 1881 werd het Lagerhuis aangesteld om te zorgen voor de organisatie van de kolonie, zeker toen het goed ging. Het Hogerhuis kwam pas in 1945, na de recessie. Het Parlement wordt elke vier jaar gekozen door de inwoners. Het Hogerhuis wordt steeds twee jaar na de verkiezingen samengesteld uit leden van het Parlement. In West-Maldarië zijn alle burgers van 18 jaar en ouder stemgerechtigd.

Economie

Afbeelding
^^ Eens zo belangrijke industriegebouwen hebben de laatste jaren een nieuwe bestemming gekregen, waaronder, zoals hier, appartementen.

Eens waren mijnbouw en industrie een belangrijke bron van inkomsten voor de staat. Nu is de economie van de staat meer verspreid. Het grootste deel van het platteland bestaat uit akkers, waarbij landbouw de grootste bron van inkomsten is. Burlington kende vroeger veel industrie, maar nu zijn het vooral kleine bedrijven. Ook nu nog is de werkloosheid en leegstand hier hoog. Maples heeft nog houtbewerkingsindustrie, maar tegenwoordig maakt de dienstensector een groot deel uit van de economie van de stad. Newport kent veel moderne industrie, en heeft ook een belangrijke transportsector, als overslaghaven in het uiterste zuidoosten van het land.

Demografie

Verde heeft 949,128 inwoners. In vergelijking met andere staten is de bevolking in Verde redelijk verspreid. Inkomensverschillen binnen de staat zijn groot. De bevolking van Verde is overwegend blank, maar in de steden zijn ook grote groeperingen immigranten uit India en het Midden-Oosten. Daarnaast zijn er ook relatief grote groeperingen Comucua in zowel steden als in dorpen te vinden. De meeste blanke inwoners zijn van Engelse komaf, maar er zijn ook veel afstammelingen van Ieren, Burghtelanders en Frankenlanders. Het Christendom is de grootste religie, met het anglicisme als grootste stroming. In dit deel van Maldarië zijn er ook veel mensen die andere protestants christelijke stromingen aanhangen. Het aantal atheïsten wordt de laatste decennia wel steeds groter.

Infrastructuur

Doorheen de staat lopen een aantal spoorlijnen, waarvan de meeste in het beheer van Mallee Rail zijn. De spoorlijnen Hillfield-Maples, Maples-Foreland, en de stadsspoorlijn van Burlington zijn in het beheer van VIA. De diensten op deze spoorlijnen worden uitgevoerd door Arriva. In Foreland is er aansluiting op de veerdienst naar Roughdale. Vanaf het station Newport Harbour vertrekken internationale veerboten naar onder andere Frankenland en Burghteland.

De staat Verde heeft 4 nationale hoofdwegen, waarvan 2 wegen een directe verbinding met Benjiland vormen. De wegen zijn van goede kwaliteit en het netwerk is vrij compleet. Er zijn verschillende expresswegen, waaronder een stuk expressweg op de A5 en de stadssnelweg van Burlington. De stadssnelweg A4 is niets meer dan een geüpgradede hoofdweg in de stad. Plannen om de weg rond de stad aan te leggen, zijn er (nog) niet.
"Maar daarna kwamen er desastreuze aardbevingen en vloeden; en in één dag en nacht [...] verdween het eiland Atlantis in de dieptes van de zee."
- P
LATO (TIMAEUS/CRITICAS)

Plaats reactie

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 4 gasten