[FOR] Cultuur en Religie

Śadar Forźeđ

Moderator: TzM23

Gebruikersavatar
TzM23
Geoficticus
Berichten: 1489
Lid geworden op: vr 30 dec 2011, 15:26
Locatie: [NLD] Nijmegen, [RTH] Nao Amerforti, [FOR] Bahalar Davaledeđ, [VTM] Gårshavn

[FOR] Cultuur en Religie

Bericht door TzM23 » do 25 aug 2016, 16:32

Davaledisme

De goden en hun kenmerken/deelgebieden

  • Davaledar: oppergod, evenwicht, gerechtigheid, wijsheid
  • Loħar: goedheid, licht, liefde, ouderschap, vrede
  • Asimar: duister, chaos, oorlog, haat, ziektes
  • Farar: kunsten, hiernamaals
  • Kumri: oogst, vruchtbaarheid, jacht, visvangst

De schepping en de vlucht


De schepping was een proces van eeuwen. Toen aarde, water, vuur, dieren, natuur en lucht waren reeds gecreëerd, riep Daveladar alle goden bij elkaar voor een vergadering. Hier besloot men als kroon op het werk de mens te creëren. Elke god had inspraak. Loħar gaf goedheid, liefde en ouderschap aan de mensen, Asimar chaos, haat en ziektes. Farar gaf ze de mogelijk tot kunsten en de hemel en Kumri zorgde voor de voedselvoorziening en gaf de mens mogelijkheid tot jacht, oogst en visvangst. Davaledar maakte het af door mensen uiteindelijk gerechtigheid en wijsheid te geven. Om te zorgen dat de samenstelling van mensen evenwichtig was kreeg juist elk mens van het ene meer dan het andere. Hierdoor komt het dat sommige mensen beter zijn in kunsten dan de anderen, gewelddadiger zijn dan de anderen of juist vredelievender.

De mens kwam te wonen op het oude land. Hier bouwden zij een bestaan op, met nederzettingen en een paar steden. Na tien generaties kwam een groot monster, gecreëerd door Asimar, naar de mensen. Het monster,met de naam Aźfinar, was drie huizen hoog, had een schreeuw die mensen doof maakte en een blik die mensen verblindde. Hierdoor vluchtten de mensen naar het nieuwe land, alwaar ze een nieuw bestaan opzetten. Hieruit ontstond Groot-Forezen.


Davaledisme in het dagelijks leven

Het belangrijkste boek van het Davaledisme is de Pebovar Ferıǵar, letterlijk ‘Het hoogste boek’. Het is elke volgeling van het Davaledisme verplicht alle vijf de goden eer te bewijzen (pentatheïsme). Alleen Davaleda mag meer vereerd worden dan de andere goden, omdat hij de oppergod is. Het eerbewijzen aan minder dan vijf goden is net zo erg als aan meer dan vijf goden. Hierop stond verbanning of de doodstraf, maar sinds enkele jaren slechts uitzetting uit de gemeenschap.

Volgens het Davaledisme komt iedereen die naar zijn vermogen met matigheid, gerechtigheid en wijsheid het leven leeft, goed terecht na de dood. Onder wijsheid en gerechtigheid wordt echter ook verstaan dat men elke avond vlak voor het slapen gaan eer bewijst aan de vijf goden en elke woensdag het gebed (Ẃari) opzegt.

Eer bewijzen doet men door elke god bij naam te noemen en daarna de Garınar uit te spreken. De Garınar is een formule waarin men letterlijk zegt: ‘Ik ben uw volgeling en strijder’. De volgorde maakt niet uit, mits men met Davaledar eindigt. Elke woensdag (Talíri) zegt men het gebed op, dit kan traditioneel in een gebedshuis, maar het kan ook thuis, voor het altaar met de beelden van de vijf goden. Hierbij spreekt de qasar (priester) de zegen uit over de andere gelovigen. Indien dit thuis gebeurt, vervult de oudste van het gezin de rol van qasar, dit kan dus zowel de moeder als de vader zijn.

Qasar kan men worden door zich in te lezen in de Pebovar Ferıǵar. In principe kan iedereen Qasar worden, zolang men door de raad van Guqasq (meervoud van Qasar) (de Qasari) wordt goedgekeurd. Hiervoor is kennis van de Pebovar Ferıǵar vereist , moet men van onbesproken gedrag zijn en dient men voldoende wijsheid, rechtvaardigheid en matigheid te hebben. Qasar is een deeltijd functie; op de Qasari na krijgen Guqasq niet genoeg betaald om er van te leven.

Davaledist ben je in principe als je een van je ouders Davaledist is. Intreden is wel mogelijk. Dit gebeurt door een ceremonie waarin de nieuwe Davaledist zijn eer bewijst aan de vijf goden en zijn trouw uitspreekt. Uittreden (Ezanyr) uit het Davaledisme wordt gezien als zondig en hierop staat verbanning of de doodstraf. De hoogste qasar van het Davaledarisme heeft echter in 1936 besloten dat de keuzes van mensen gerespecteerd moeten worden en sindsdien is religiemoord, wat daarvoor gebruikelijk was, verboden. Mensen die eenmaal uit de gemeenschap zijn gegaan kunnen niet meer terugkomen.

Andere zonden
  • Doden zonder goede reden (goede reden is een breed begrip, dient door de Qasari beoordeeld te worden, goede redenen zijn bijvoorbeeld oorlog, zelfverdediging en vroeger ook uittreding uit de gemeenschap). Straf hierop is doodstraf of verbanning.
  • Stelen. Straf hierop is bij een tot drie keer gevangenis en bij de derde keer doodstraf of verbanning.
  • Overspel. Straf hierop is verbanning.
  • Kwezelarij. Straf hierop is verbanning.
  • Werk verrichten op woensdag, met uitzondering van zaken zoals ziekenverpleging en de verdediging van het land. Hier staat geen straf op.
[RTH] Ta Rê Pûblica Tholenia: viewforum.php?f=39
[FOR] Śadar Forźeđ: viewtopic.php?f=8&t=380
[VTM] Republiken Vestmark: viewtopic.php?f=8&t=508

Plaats reactie

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 1 gast