Officiële Naam:
Staots-Ghereformeerde Republiek Burghteland
République Politique Réformée de Bourgelande
Officiële Landcodes:
-BU
-RBU
Internet: .bu
Telefoon: +292
Officiële landstalen:
Burghtelands, Frans (in bepaalde gebieden)
Erkende minderheidstalen:
"Duutse Taolen"(verzamelnaam voor Schellings-Duits, Bürchtländer Platduutsch en Jiddisch); Moreghat-Creools; Oud-Noorlands
Inwoners:
Waarschijnlijk tussen de 20 en 30 miljoen (nog niet geheel bekend)
Hoofdstad: Nieuw-Vlissingen
Munteenheid:
Burghtelandse daolder (BUD, dl.)
Wisselkoers (27 aug. 2011): 1 BUD = 0,33 USD (=0,23 euro)
Munten: 0,20 dl. ; 0,50 dl. ; 1 dl. ; 2 dl. ; 5 dl. ; 10 dl.
Biljetten: 20 dl. ; 50 dl. ; 100 dl. ; 200 dl. ; 500 dl. ; 1000 dl.
Buurlanden:
Schellingen (west), Nova Hollandia (zuid), Antalmenië (noord), onbekend (noord)
Ambassades:
Antalmenië:
Dhr. ??
Liinboan 43
Nieuw Vlissingen (Centrum)
Schellingen:
Dhr. L. Neufert
Wildenburghertrekvoarte 143a
Nieuw Vlissingen (Centrum)
Benjiland:
mw.. V.Travenier
Kaosmarkte 34
Nieuw Vlissingen (Centrum)
Geschiedenis Burghteland
- Spoiler: weergeven
- Voorgeschiedenis
Over de allereerste inwoners van het continent Noorderland is maar weinig bekend. Waarschijnlijk betreft het een volk verwant aan Noord-Amerikaanse indianen of Inuit. In de afgelegen, bergachtige regio’s ten zuidoosten van Tegenkant leven wellicht nog nazaten van deze bevolkingsgroep, maar de taal en cultuur zijn allang verloren gegaan en hun afkomst is in onzekerheid gehuld.
In de vroege Middeleeuwen werd het Noorderland, en dus ook het huidige Burghteland, gekoloniseerd door Noormannen. Zij verspreidden ziekten en pleegden rooftochten en plunderingen onder de oorspronkelijke bevolking. Waarschijnlijk is de oorspronkelijke bevolking door hen uitgeroeid. De Noormannen leefden van de jacht, de visserij en de bosbouw. In het landschap zijn maar weinig overblijfselen te vinden, maar er zijn nog enkele plaatsen waar zij hun heidense goden aanbaden, die nu te herkennen zijn aan ruïnes en rotsinscripties.
Kolonisatie
Al in de late zestiende eeuw is het Noorderland ontdekt, en al gauw deden in West-Europa geruchten de ronde over het ‘Beloofde Land’; er zouden grazige, vruchtbare weiden zijn, een land van ‘melk en honing’, de bergen vol met ijzererts en goudaders. De eerste kolonisators waren Hollandse speculanten die uit waren op rijkdom; zij meerden aan nabij het huidige Calvijnstad in 1605. Zij werden echter terstond verjaagd door de Noormannen.
Een tweede, veel grotere kolonisatietocht bestond uit een groep protestanten uit de Zuidelijke Nederlanden, Zeeland en enkele Franse Hugenoten. In 1612 meerden zij aan op de plaats waar zeven jaar daarvoor al Hollanders waren aangemeerd en stichtten Calvijnstad. In een grote veldslag werden de Noormannen met een overweldigende meerderheid verslagen; de technologie van de kolonisator was immers veel verder. Ten noorden van Calvijnstad stichtten zij een burcht bij Nieuw-Vlissingen en de Wildenburgh, waar de laatste grote strijd met de Noormannen geleverd werd. Het overzeese gewest Burghteland was een feit. Het bleef afhankelijk van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
De uitbreiding van een nieuwe natie
De nieuwe staat, die nog maar een klein gebied omvatte, groeide tot aan 1650 niet echt. De steden Calvijnstad, Nieuw-Vlissingen en later ook Wildenburgh groeiden gestaag, maar hadden af en toe nog te kampen met aanvallen van de Noormannen. In het gebied vestigde zich in rap tempo de calvinistische religie, en vele kerken werden opgericht. Deze werden gebouwd naar sober, calvinistisch model. Enkele predikanten probeerden het calvinisme te brengen naar de heidense Noormannen, aanvankelijk met weinig succes, maar later steeds meer. Dit leidde tot een meer vreedzame houding tegenover de nieuwe kolonisator, en de laatste aanval van de Noormannen op Wildenburgh was in 1633. Handel en contact met de Noormannen groeide, en de Noormannen namen steeds meer de Europese cultuur over. Aangezien de meeste kolonisatoren Hollandstalig waren, was dit de voertaal in de nieuwe staat, daarnaast werden ook enkele Noord-Duitse dialecten gesproken. Het Frans werd geassocieerd met het katholicisme en de adellijke onderdrukking, dus ook onder kolonisatoren uit de Zuidelijke Nederlanden was deze taal taboe.
Na 1650 begon men met het verdelen van het land over de nieuwe bevolking. Hierbij breidde de staat Burghteland zich snel uit. De ‘wilde’ Noormannen werden steeds meer gekerstend. In 1651 werd een officieel verbod uitgevaardigd op het bezigen van ‘heidensche ende afghodische taelen’ als het Noorderlands, het Frans en vooral het Latijn. Dit stuitte, vooral onder Noormannen die niet vanaf het eerste uur met de immigranten in aanraking kwamen, op fel verzet, wat echter met harde hand de kop werd ingedrukt. De Noormannen gebruikten hun eigen taal vanaf dat moment alleen nog binnenshuis.
In het zuiden ontmoette Burghteland de grenzen van het wingewest Nova Hollandia. Aangezien beide afhankelijk waren van Nederland, ontstond er een levendige en bloeiende handelsrelatie. Burghteland was echter een overzees gewest, en niet alleen een wingewest. Pogingen van de Compagnie Nova Hollandia om geheel Burghteland erbij in te lijven, stuitten op groot verzet van de Burghtelandse bevolking, dat inmiddels ook een respectabel leger had opgericht. Een groot deel van de inkomsten vloeide nog altijd naar de Republiek, maar lang niet alles. Omstreeks het einde van de achttiende eeuw kwamen de grenzen ongeveer overeen met zoals die nu nog altijd zijn.
Britse Oorlogen
Na de Bataafse Revolutie in de Nederlanden (1795) begon er een steeds grotere roep naar onafhankelijkheid. Eerst was er echter een dreigender gevaar; na het innemen van diverse Hollandse koloniën als Guyana, Ceylon en de Kaapkolonie (Zuid-Afrika), zagen de Britten hun kans schoon en vielen Burghteland aan. In samenwerking met het leger van Nova Hollandia wist men de Britse legermacht echter buiten te houden; zij wisten immers, dat als Burghteland zou worden ingenomen, zij de volgende zouden zijn. Dit wordt in de Burghtelandse geschiedenis de Eerste Britse Oorlog genoemd. Dit zou de laatste samenwerking van Nova Hollandia met Burghteland zijn.
Toen de Britten in 1805 weer aanvielen, sloten zij een pact met Nova Hollandia; zij zouden dit wingewest ongemoeid laten, als ze medewerking zouden verlenen aan de oorlog tegen Burghteland. Aldus geschiedde en geheel oostelijk Burghteland, het economische hart van de kolonie, werd terstond bezet. Het moederland in de Lage Landen had nog altijd niet de macht om hier iets tegen te doen, Burghteland werd bezet. Onder het Engelse juk veranderde er echter weinig; het Engels werd, tevergeefs, ingevoerd als officiële taal, er werden enkele anglicaanse kerken gesticht, maar verder bleef alles bij het oude. Wel ontstond onder de bevolking een grote haat tegen de ‘Verraders’, zoals de inwoners van Nova Hollandia werden genoemd. Dit is de Tweede Engelse Oorlog. Economisch was dit een bar slechte tijd; een groot deel van de rijkdommen vloeiden naar het Britse koningshuis.
In de Nederlanden veranderde de tijd echter; Lodewijk Napoleon was de Hollanders goedgezind, en de roep tot bevrijding van Burghteland werd steeds luider. De Britse inval in Walcheren (1809) was de directe aanleiding om een expeditie op te starten voor het bevrijden van Burghteland, de Derde Engelse Oorlog. Nova Hollandia hield zich afzijdig hiervan. Deze oorlog sleepte jaren en jaren voort, maar uiteindelijk werd Burghteland in 1816 ontzet. Het werd een volledige kolonie van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
Industrialisatie in de nieuwe kolonie
De industrialisatie van Burghteland liep ongeveer gelijk met die in de zuidelijke Nederlanden. In het gebergte ten zuiden van Tegenkant werd ijzererts en steenkool gewonnen, en men begon met het aanleggen van een uitgebreid spoorwegennetwerk. Kennis hiervan kwam van grote industriemagnaten uit Maastricht en Luik, die brood zagen in de Burghtelandse delfstoffen. In deze periode werd ook een democratische regering, op basis van de Trias Politica, ingevoerd. De koning van de Nederlanden bleef het staatshoofd. Na jaren van verval bloeide de economie op. Perioden van meer confessionele en meer liberale kabinetten volgden elkaar op; het Frans werd niet langer verboden (waarschijnlijk door lobby van de Luikse industriemagnaten), waardoor er meer immigranten vanuit Frankrijk en Wallonië aankwamen, maar er begon een ware inquisitie tegen de heidense godsdienst van de Noormannen, die overigens nog maar door weinigen beoefend werd. In 1826 werd Burghteland uitgeroepen tot een ‘geheel Christelijcke staet’. Wat daarvan waar is, is natuurlijk nog maar de vraag. Naast de economische macht groeide ook de militaire macht, en een nieuw sentiment naar onafhankelijkheid.
Onafhankelijkheid
Toen België in 1830 onafhankelijk werd, groeide het onafhankelijkheidssentiment in Burghteland exponentieel; het was bewezen dat het mogelijk was om zich af te scheiden van het machtige Holland. In het nabij gelegen Nova Hollandia had Holland de touwtjes echter nog strak in handen. Dit zorgde dat het uitroepen van de Soevereine Republiek Burghteland in 1831 maar weinig effect had; binnen enkele dagen stond er een leger aan de poorten van Calvijnstad. De claim werd daarom terstond ingetrokken.
Men probeerde het hierna over een andere boeg te gooien; door middel van economische voordelen probeerde men Engelse steun te winnen. Daarnaast werd in het noorden van het land een provincie opgericht waarin het eens zo verafschuwde Frans een tweede officiële taal werd; hier vestigden zich zeer veel Franse en Waalse immigranten, alsmede protestanten uit Zwitserland. Het katholicisme werd hier oogluikend toegestaan, zolang de kerken er maar niet te ‘decadent, onzedelijk en paaps’ uitzagen. Dit zorgde voor de stichting van de industriestad St. Jules, en een enorme groei van ’s-Heerenburcht; een korte tijd was dit de grootste stad van het land. Hiermee wist men, door middel van achterkamertjespolitiek, internationale steun te winnen van Frankrijk en het nieuwe koninkrijk België. Op 25 juni 1862 werd de Staats-Gereformeerde Republiek Burghteland uitgeroepen als zelfstandige staat, en onmiddellijk erkend door de Verenigde Staten, Groot-Brittanië, Frankrijk en België. Kort daarop volgden ook erkenningen van andere landen, zoals Pruisen en de Scandinavische landen. De koning der Nederlanden werd officieel afgezet als staatshoofd. Vanuit het wingewest Nova Hollandia begon Nederland een Onafhankelijkheidsoorlog; onder internationale druk werd deze echter onhoudbaar, aangezien vele landen met sancties dreigden. Op deze manier werd Burghteland op relatief vreedzame wijze onafhankelijk; tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog zijn er geen steden volledig vernield. Wel was er zware schade aan de infrastructuur in het zuiden van het land en vielen er vele burgerslachtoffers bij een aanval op Moreghat. Door de economische bloei werd de schade spoedig hersteld. Deze onafhankelijkheid was een directe aanleiding voor Nederland om de touwtjes in Nova Hollandia nog strakker te houden; in 1865 werd het immers een volledige kolonie. Toch kon enkele decennia later hetzelfde lot niet voorkomen worden in dit wingewest.
De groei van een nieuwe staat
In 1862 was er een voorlopige regering aangesteld. In 1863 vonden de eerste verkiezingen plaats. Het APV (Alghemeen Protestants Verbond) en de LP (Liberaele Partij) vormden de allereerste regering. Er werd een nieuwe grondwet opgesteld, waarin het Christelijk geloof op de eerste plaats werd gezet, maar er wel godsdienstvrijheid voor andere geloven werd vastgesteld. De godsdienst van elk persoon moest een ‘geheimenis voor eenieder’ blijven, wat wil zeggen dat deze niet mocht worden geregistreerd op het paspoort om eventuele verdrukking of vervolging te voorkomen. De archieven van de Gereformeerde, Anglicaanse en Katholieke kerken zijn daarom tot op de dag van vandaag niet openbaar in Burghteland.
Niet heel lang na de oorlog kwam de handel met Nova Hollandia en Nederland zelf wederom op gang. Het inmiddels ver geïndustrialiseerde Burghteland werd een belangrijke speler op de internationale markt. Het spoor-, water- en landwegennetwerk werd almaar groter.
In 1890 werd Nova Hollandia zonder veel slag of stoot onafhankelijk. Aanvankelijk wilde Burghteland de onafhankelijkheid niet erkennen, maar deed dit na relatief korte tijd toch, onder internationale druk. In de jaren die hierop volgden, versterkte de roep naar ‘vergelding der verraders’ zich; in het begin van de negentiende eeuw hadden de inwoners van Nova Hollandia de Engelsen immers geholpen met het bezetten van Burghteland. De aanvankelijk opgebloeide handel met de nieuwe, zelfstandige republiek werd stilgezet, en er kwam in 1893 een maritieme blokkade. De opkomst van het rationalisme in Nova Hollandia, wat door de Burghtelanders als een ‘heidensche afghoderij’ werd gezien, gooide alleen maar olie op het vuur.
De Nieuw-Hollandse oorlog
Door een ogenschijnlijk stom toeval werd in 1895 de oorlog verklaard; een schip, onder de vlag van Nova Hollandia, ramde een Burghtelands handelsschip dat voor de kust van Nova Hollandia voer, op weg naar Schellingen, waarop het schip zonk. Tot op de dag van vandaag is niet duidelijk of dit een bewuste actie is geweest of niet.
Er rukte onmiddellijk een leger op, dat het land van Draackenstaete innam. Draackenstaete werd de hoofdstad van de nieuwe provincie Draackenlande. Het Burghtelandse leger rukte nog verder op; tot ten oosten van Paerelsteyn, en in het zuiden van het land werd een klein stuk nabij Graefsmonde ingenomen. Het beleg van Graefsmonde duurde echter kort, en deze stad werd na korte tijd ontzet. De macht in Draackenlande bleef echter enkele jaren, er werd zelfs een begin gemaakt met de aanleg van een spoorweg. In Draackenlande werden vele protestantse kerken gesticht, en men probeerde met harde hand de bevolking te assimileren.
In 1898 werd Paerelsteyn aangevallen, waarbij vele burgerslachtoffers vielen. Een groot deel van de stad lag in puin. Met de schrikbeelden van dit bloedbad begon echter de internationale afschuw van deze oorlog toe te nemen. In 1899 werden verscheidene internationale sancties opgelegd aan Burghteland, en zelfs gedreigd met militaire interventie. Groot-Brittannië stond op het punt de oorlog te verklaren. Daarnaast was het verkiezingstijd in Burghteland, en de bevolking begon de dienstplicht en de vele militaire slachtoffers aan Burghtelandse zijde beu te raken. Hierop besloot de regering een vredesvoorstel te maken, waarin alleen het Drakenland bij Burghteland zou worden gevoegd; Paerelsteyn en het gebied bij Graefsmonde zouden worden teruggegeven. Nova Hollandia accepteerde dit echter niet, en stuurde, samen met een verzameld leger uit verschillende landen, een legermacht naar Westerdamme. Om te voorkomen dat deze stad zou worden aangevallen, besloot Burghteland op 23 november 1899 daarom te capituleren. De oorspronkelijke grenzen van voor de oorlog werden hersteld, en een douanevrije spoor- en wegverbinding dwars door het mooie Ajalendal werden in het verdrag toegezegd, om een verbinding tussen Draackenstaete en Gravenheuvel te realiseren.
Nog te schrijven:
Economische heropleving: 1900-1929
Tijden van crisis en het nationalisme: 1929-1940
Tweede Wereldoorlog en verder: 1940-heden
Kaart
In deze rubriek zal ik steeds de verdere voortgang van de kaart posten. Ik heb hem gemaakt in photoshop, maar ga hem waarschijnlijk een keer overdoen in een vector-based programma, zoals Inkscape. Wegnummers en de meeste plaatsnamen staan er nog niet op. De meest recente kaart staat altijd bovenaan.
Versie 1.c
https://picasaweb.google.com/1045926811 ... 2120748994
Versie1.b
https://picasaweb.google.com/1045926811 ... 3213504194
Versie 1.a
https://picasaweb.google.com/1045926811 ... 3647695650